|
|
|
|
De F-16’s van het 10 Wing; Kleine-Brogel, 30 april 2006
De Belgische Luchtcomponent; Tekst en Afbeeldingen door Alex van Noye
Op de Belgische vliegbasis Kleine-Brogel staan op dit moment 3 squadrons gestationeerd. De eerste 2 hebben
een operationele taak en de derde heeft een opleidingstaak. De eenheden die op Kleine-Brogel staan, zijn het
31 Smaldeel, het 349 Smaldeel en de OCU. Het 23 Smaldeel werd op 8 maart 2002 opgeheven.
De vliegbasis Kleine-Brogel wordt in 1945 opgezet door de geallieerden. Het initiële doel is het ondersteunen
van de Rijnoperaties. Vanaf 1951 wordt dit terrein door de Belgische Luchtmacht verder uitgebreid. Het 10 Wing
wordt in december 1951 opgericht in Chièvres en bestaat uit 3 smaldelen, namelijk: het 23 Smaldeel, het 27
Smaldeel en het 31 Smaldeel. Vanaf 1952 start het 10de Wing met de conversie op F-84G Thunderjet en vestigt
zich vanaf 1953 op Kleine-Brogel. In 1956 wordt de wing uitgerust met de transsonische F-84F Thunderstreak.
Het 27 Smaldeel wordt in 1962 alweer ontbonden. De F-104G Starfighter doet zijn intrede op Kleine-Brogel in
1964. Vanaf 1981 wordt de F-104G geleidelijk vervangen door de F-16 Fighting Falcon en worden de installaties
van de basis wederom aangepast. Na de opheffing van het 1 Wing op Beauvechain in 1996, krijgt het 10 Wing er
2 nieuwe eenheden bij. Het 349 Smaldeel neemt de air to air taak met zich mee waardoor de basis ook de 24
uur QRA (Quick Reaction Alert) taak krijgt. Naast de QRA taak heeft het 349 Smaldeel ook een taak in het
kader van de NATO Response Force (NRF). Ook de OCU (Operational Conversion Unit) welke is opgericht in 1987
op Beauvechain, verhuist op dat moment naar Kleine-Brogel. Dit Smaldeel is verantwoordelijk voor de verdere
vliegopleiding van piloten die met succes de “Initial Operational Training” op Alpha-Jet hebben afgerond.
Ook schoolt de eenheid vliegers om die van andere typen komen naar de F-16. Het 23 Smaldeel, bijgenaamd
Devils wordt op 8 maart 2002 opgeven.
Het eerste squadron van de drie eenheden op Kleine-Brogel is het 31 Smaldeel. Deze eenheid staat ook bekend
als het 31 Tiger Squadron in België. Het 31ste Smaldeel werd opgericht op 1 oktober 1951 te Beauvechain. Het
smaldeel verhuisde nog in datzelfde jaar naar Chièvres om daar het 10e Wing te vormen. Het 31 Smaldeel vloog
ongeveer 151 missies met de Spitfire XIV. Op 7 juli 1952 werd dit type uitgefaseerd. Op dat moment had de
eenheid geen vliegtuigen meer. De vliegers werden ingedeeld
|
|
|
bij het 23 en 27 Smaldeel. Op 01 september 1953 kreeg het 31ste Smaldeel een nieuwe taak. De eenheid kreeg
een opleidingstaak met de Lockheed T-33. Ook de F-84G Thunderjet deed zijn intrede op dat moment. In 1955
stopte de eenheid met het gebruik van de T-33. Een jaar later in 1956 werd de Thunderjet vervangen door de
F-84F Thunderstreak. Op 19 juli 1961 nam het 31ste Smaldeel voor de eerste keer deel aan de Tiger Meet. De
eerste Tiger Meet werd georganiseerd op RAF Woodbridge in Groot-Brittannië. Deze meeting is geen officiële
oefening, maar er wordt wel veel waarde gehecht aan de operationele oefeningen tussen de verschillende
eenheden. Het embleem van het squadron is een tijger en het motto is: “In Sanguine Vinum”. Dit betekend
vrij vertaald “Vastberadenheid zit in ons bloed”. Op 9 maart 1964 kreeg de eenheid de beschikking over de
Lockheed F-104 Starfighter. Het 31 Smaldeel zou hier tot 1983 mee vliegen. Op 26 september 1983 ontving
het 31 Smaldeel de F-16.
Het tweede squadron op Kleine-Brogel is het 349 Smaldeel. In november 1942 werd op RAF Padgate in
Groot-Brittannië het 349ste Smaldeel opgericht als onderdeel van de Royal Air Force. De eenheid werd
samengesteld uit Belgische piloten die de Duitse bezetting waren ontvlucht. Na een moeilijke start in
Noord Afrika aan het begin van 1943 keerde het 349 Smaldeel terug naar Groot-Brittannië waar het deelnam
aan defensieve en offensieve operaties voor de bevrijding van Frankrijk, België en Neder- land. In 1945
nam het 349 Smaldeel ook deel aan de campagnes boven Duitsland. De eenheid vloog tijdens de Tweede
Wereldoorlog met verschillende types, zoals: de P 40 Tomahawk, de Submarine Spitfire, de Typhoon en de
Tempest. In oktober 1946 verhuisde het 349 Smaldeel naar Beauvechain waar het samen met het 350 Smaldeel
operaties uitvoerde. In 1949 werd het 349 Smaldeel het eerste operationele smaldeel met de Meteor 4. In
1953 werd de Meteor 4 vervangen door de Meteor 8 en in 1957 kwam de Hawker Hunter in dienst. In de zomer
van 1963 vertrokken de eerste vliegers naar Nörvenich om daar hun conversie naar de F-104G Starfighter
te volgen. Op 1 augustus 1964 werd het 349 Smaldeel operationeel op F-104G. Op 1 oktober 1979 brak een
nieuw tijdperk aan met de komst van de F-16 Fighting Falcon. In 1996 verliet het 349 Smaldeel definitief
haar thuisbasis Beauvechain toen het verhuisde naar het 10 Wing op Kleine-Brogel. Het smaldeelembleem
bestaat uit twee goedendags met als motto "Strike Hard Strike Home".
De derde en laatste eenheid op Kleine-Brogel is de Operational Conversion Unit (OCU). Het OCU werd
opgericht op 1 september 1987 op Beauvechain. De OCU kreeg de opdracht om de basisconversie voor alle
jonge vliegers en de tactische op- leiding van toekomstige air defense vliegers te verzorgen. Sinds de
tijdelijke invoering van het CIP (Conversion Improvement Program) in november 1993 werd de volledige
F-16 conversie voor alle vliegers van de Belgische Luchtmacht gecentraliseerd in de OCU. Toen het 1 Wing
op Beauvechain werd opgeheven op 4 maart 1996, verhuisde de OCU naar Kleine-Brogel waar het onderdeel
werd van het 10 Wing. De opleiding die het OCU verzorgt gebeurd volgens een gestandaardiseerde cyclus.
De training bestaat uit een academische vorming, ruim 40 OFT (Operational Flight Trainer) uren en
ongeveer 100 vluchten met de F-16. Naast de training op de F-16, verzorgt het OCU ook de conversie
van F-16 vliegers en ander kaderpersoneel. De belangrijkste taak van het OCU is om de jonge vliegers
die van hun F-16 opleiding in Tucson Arizona komen te trainen met de Europese regelgeving. De bevelhebber
van OCU beschikt over 8 instructeurs en 8 personeelsleden die de instructeurs steunen. Het embleem van
de eenheid is een gier en werd op 1 september 1987 overgenomen van de voormalige Fighter Training School
op Koksijde.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|