Defilé Aérien de l’Armée de l’Air; Evreux, 14 juli 2015

Quatorze Juillet Défilé Militaire, deel 2; Tekst en Afbeeldingen door Alex van Noye

Tijdens het Defilé Aérien boven de Champ Elysees vliegen er ruim 55 vliegtuigen en 31 helikopter mee van de diverse Franse luchtstrijdkrachten. Al deze deelnemers aan de formatie vertegenwoordigen een specifiek onderdeel van de luchtmacht, landmacht of marine. Het vliegende deel is maar een klein deel van de parade.

Het Defilé Aérien de l’Armée de l’Air (Parade van de luchtstrijdkrachten) zal boven de Champ Elysees in Parijs worden gestart om 10:40. De opening van de parade wordt gevlogen door de Patrouille de France (PDF) die met maar liefst twaalf Alpha-Jets in een formatie over de stad heen zal vliegen. De vliegtuigen van de PDF vliegen in de vorm van het Kruis van Lotharingen (Croix de Lorraine). Dit kruis symboliseert de vrijheid van de Fransen en werd tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Franse eenheden gedragen. De tweede formatie was de Forces Aériennes Françaises Libres (Vrije Franse Strijdkrachten, FAFL). Deze formatie begon met een tanker van het type C-135 van GRV2/91 "Bretagne" uit Istres. De tanker werd gevolgd door een viertal Rafales van EC 30/2 "Normandie-Niemen" uit Mont de Marsan. Deze vliegtuigen werden gevold door een viertal Mirage 2000C’s van EC 2/5 "Ile de France" uit Orange. Deze formatie vertegenwoordigt de Franse luchtverdediging eenheden die het Franse luchtruim bewaken. De volgende groep die zou volgen op het defilé was de Forces Aériennes Stratégiques (Strategische Luchtstrijdkrachten, FAS). Ook deze groep werd geleid door een C-135 tanker. De tanker werd gevolgd door drie Rafale B’s die afkomstig zijn van St Dizier waar ze bij het EC 1/91 "Gascogne" vliegen. Het tweede deel van de strategische formatie bestond uit drie Mirage 2000N’s van Istres-le-Tube die zijn ingedeeld bij EC 2/4 "La Fayette". De Rafale B en de Mirage 2000N kunnen worden uitgerust met de ASMP nucleaire middellange afstandsraket.

De vierde sub-formatie was de Projection de Puissance (Offensieve Luchtstrijdkrach- ten). De offensieve eenheden zijn gespecialiseerd in het aanvallen van gronddoelen op vijandelijk gebied. Deze formatie werd gevormd door een viertal Mirage 2000D’s van Nancy van EC 3/3 "Ardennes". De Protection Police du Ciel (Air Policing Force) werd geleid door een E-3 van Avord van EDCA 36 "Berry". De Awacs werd gevold door drie Mirage 2000RDY-en die afkomstig zijn van Luxeuil waar ze vliegen bij EC 1/2

"Cigogne". Deze eenheden moeten continue het Franse luchtruim bewaken door surveillance en patrouille vluchten. De E-3 houdt met zijn radar 24 uur per dag toezicht op het Franse luchtruim en de Mirages vliegen CAP missies en staan 24 uur per dag op QRA. De Franse vliegopleiding was in de formatie vertegenwoordigd met drie Alpha-Jets. Deze toestellen vlogen in de formatie genaamd Formation et Entrainement (Trainingsformatie). De Alpha-Jets zijn afkomstig van Cazaux waar ze vliegen bij ETO 1/8 en 2/8. Een van de toestellen was van de Belgische luchtstrijdkrachten. De laatste gevechtsvliegtuigen die in de formatie zaten, waren de maritieme gevechtsvliegtuigen van de Aeronavale. Twee Super Etendards en twee Rafale M’s vlogen mee en zijn afkomstig van Ladivisiau. Deze toestellen worden ingezet vanaf het vliegdekschip Charles de Gaulle. Het maritiem blok werd afgesloten door een Atlantique en een Falcon 50. Deze vliegtuigen staan op Lanveoc gestationeerd.

Het blok dat zou volgen in de formatie bestond uit de strategische en tactische transportvliegtuigen. Deze formatie werd geleid door een A-400M Atlas. Dit toestel is nieuw bij de luchtmacht en wordt de komende jaren in gebruik genomen. De toestellen staan op Orléans waar ze vliegen bij ET 1/61 "Touraine". Er vloog ook een C-130 Hercules mee. Ook dit toestel is gebaseerd op Orléans en is ingedeeld bij ET 2/61 "Franche Comité". Naast de Franse Hercules vloog er ook een Spaanse Hercules mee in deze formatie. Het tweede deel van de transport formatie werd geleid door een C-160 Transall van CIET 1/64 van Evreux. Het tactische transportvliegtuig dat meevloog was een CN-235. Dit toestel was afkomstig van Creil waar het is ingedeeld bij ET 1/62 "Vercors". Naast dit Franse toestel vloog er ook een Casa C-295 mee van de Spaanse luchtmacht. De Sécurité Civile (Civiele Veiligheidsdienst) vloog mee met een Beach King Air 200 en twee Canadair CL-415 brandblusvliegtuigen. Deze vliegtuigen staan allemaal gestationeerd op Marseille in het zuiden van Frankrijk waar ze vliegen bij de Groupement des Avions Bombardiers d'Eau (groep Brandblusvliegtuigen). Het Defilé Arienne werd afgesloten met de Airbus A340. Dit grote vliegtuig maakt deel uit van de Transport Stratégique vloot (Strategische Transportvloot). Dit grote toestel staat gestationeerd op Charles de Gaulle bij Parijs en is ingedeeld bij ET 3/60 "Esterel".

Het vliegende deel van het defilé wordt afgesloten met een formatie aan helikopters die over Parijs heen vliegt. De formatie werd geleid door het Combat Aéroterrestre (Combat Helikopters) van de Aviation Légère de l'Armée de Terre ALAT. Deze groep aanvalshelikopters bestond uit twee Tigres en een Gazelle. Het tweede deel was de Patrouille Ham Manoeuvre et Assault (Troepen transporthelikopters). Deze groep bestond uit 2 NH90’s en een Cougar. Patrouille Mixte Imex et HM PC (Commando Interventie Formatie). Er vlogen een Tigre en een tweetal NH90’s mee in deze groep. De groep Actions Spéciales (Special Forces) bestond uit een Gazelle, een Tigre en een Caracal. Deze groep is verantwoordelijk voor de CSAR missie in Frankrijk. De groep met observatiehelikopters (Mission Hephaïtos) bestond uit een Gazelle, een Puma en een EC145 van de Sécurité Civile. De laatste groep helikopters van de Franse ALAT waren twee Puma van het anti terrorisme team. Deze groep werd ook aangevuld met een Puma van de AdlA. De volgende groepen die zouden verschijnen waren van de Franse luchtmacht AdlA. Deze groepen waren een CSAR team dat bestond uit een Caracal, een Puma en een Fennec en een SAR team dat bestond uit een Super Puma, een Caracal en Fennec. De negende groep bestond uit twee NH90’s, een Panther en een Dauphin en waren allemaal afkomstig van de Aeronavale uit Hyéres. De laatste groep helikopters was van de Gendarmerie en bestond uit een EC145 en twee EC135’s. Het vliegende deel van de parade wordt altijd als een van hoogte punten beschouwd van het hele Defilé Militaire.